Burgemeester in oorlogstijd

Meebewegen of verzetten?

Frans Uijen is burgemeester van Waalre wanneer de Duitsers in 1940 de baas worden.
In 1943 wordt hij 65 jaar en gaat hij met pensioen. De schrijver Antoon Coolen stelt zich kandidaat, maar de Duitsers kiezen Reinhard Schregardus, een echte NSB'er.

Een burgemeester in oorlogstijd

De uitdrukking ‘Een burgemeester in oorlogstijd’ is in de Tweede Wereldoorlog ontstaan. Hij slaat op iemand in een onmogelijke positie. Waar elke keuze slechte gevolgen heeft.

Koningin en regering zijn in 1940 gevlucht naar Engeland. De Duitsers zijn nu de baas. Wat moet een burgemeester (maar ook een ambtenaar of politieagent) doen? Aanblijven of ontslag nemen? Als hij weggaat komt er een NSB’er in zijn plaats. De meesten besluiten aan te blijven. Om er het beste van te maken.

Was dat verstandig? Het betekent samenwerken met de bezetter. En verantwoordelijk worden voor hun maatregelen. En die blijken steeds vervelender te worden. En zorgt hij er zo niet voor dat mensen die maatregelen accepteren. Omdat zijn naam eronder staat?

 

Frans Uijen, een zuinige burgemeester

Frans Uijen (1878-1956) is burgemeester van Waalre van 1931 tot 1943. Hij staat bekend om zijn zuinigheid. In de crisistijd van 1932 wil hij niet feestelijk ingehaald worden. Hij komt gewoon met de trein uit de stad naar station Aalst-Waalre.

Soms gaat hij daarin wel wat ver. De vrouwen van de veldwachters beheren de straatverlichting. Voor 100 gulden per jaar draaien ze thuis de schakelaar om. De burgemeester ziet een manier om te bezuinigen en vraagt hen om de verlichting uit te zetten als de maan door de wolken breekt. Dat weigeren ze en ze nemen ontslag. Enkele maanden lang is er helemaal geen straatverlichting.

 

Burgemeester tijdens de bezetting

Net als de meeste andere burgemeesters besluit Frans Uijen aan te blijven. Hij zet zijn handtekening onder het document waarin de Duitsers de macht overnemen. In juni 1940 houdt hij een toespraak waarin hij de soldaten uit ons dorp bedankt en G. Schoenmakers eert, die gesneuveld is. Hij laat merken dat hij niet enthousiast is met het nieuwe gezag, maar hoopt er met ieders hulp het beste van te kunnen maken.

 

Kattenkwaad of sabotage

In maart 1941 heeft iemand iets op de bovengrondse elektriciteitsleiding gegooid, waardoor de straatverlichting bleef branden. Onschuldig kattenkwaad? De Duitsers beschouwen dit als sabotage. De burgemeester maakt officieel bekend dat dit soort acties streng bestraft zullen worden. Daders zullen voor onbepaalde tijd gevangen genomen worden. Ouders kunnen gestraft worden voor de daden van hun kinderen.

 

De burgemeester wordt de baas

In de zomer van 1941 schaffen de Duitsers de gemeenteraden af. Onder de Nazi’s is geen plaats voor overleg of oppositie. Eén ‘leider’ (Führer in het Duits) is de baas. In een dorp is de burgemeester nu alleen de baas – maar wel natuurlijk onder leiding van Duitsers.

Uijen vindt dat eigenlijk wel fijn, die gemeenteraad vond hij vaak maar lastig. Zo lang de Duitsers er niet tegen zijn, mag hij nu alles zelf beslissen. Zo besluit hij om een villawijk te laten bouwen, maar houdt hij plannen voor arbeiderswoningen tegen.

Hij is waarschijnlijk opgelucht als hij 65 wordt in 1943 en met pensioen kan.

 

Antoon Coolen

Antoon Coolen (1897-1961) is een Nederlandse romanschrijver, vooral bekend om zijn boeken die zich afspelen op het Brabantse platteland. Hij wil voorkomen dat een NSB'er burgemeester wordt en stelt zich kandidaat.

Bij zijn sollicitatie in Den Bosch krijgt Coolen de vraag: "Bent u bereid de gemeente in de geest der nieuwe orde te besturen?" Met andere woorden: “Wilt u met de Duitsers samenwerken?” Hij antwoordt daarop resoluut: "Neen." Je snapt wel dat hij wordt afgewezen.

Hij was wel wat naïef dat hij dacht als ‘beroemd schrijver’ tegen de Duitsers in te kunnen gaan.

 

Schregardus wordt burgemeester

Oud-officier en NSB’er Reinhard Schregardus wordt in januari 1944 de nieuwe burgemeester. Zijn eerste toespraak eindigt hij zo: “Met Mussert voor volk en vaderland, houzee!” Het is iedereen dan wel duidelijk wat ze van hem kunnen verwachten. ‘Houzee’ was de groet van NSB’ers tijdens de oorlog, een soort vertaling van het Duitse “Heil Hitler”.

Schregardus voert Duitse opdrachten enthousiast uit. In de zomer van 1944 vindt iemand in de prullenbak een kladje voor een lijst van mensen die opgeroepen worden voor de Arbeitseinsatz. Die worden gewaarschuwd en kunnen gelukkig op tijd onderduiken.

In diezelfde zomer zijn de geallieerden in Normandië geland. Hij roept de bevolking op de Markt in Waalre bijeen. Ze moeten ‘schuttersputjes’ gaan graven, diepe kuilen voor één man. Om de ‘vijand’, de geallieerden dus, tegen te houden.

 

Na de oorlog

In september 1944 vlucht Schregardus voor de oprukkende geallieerden. De meeste inwoners zijn blij weer van hem af te zijn. Frans Uijen komt terug als tijdelijk burgemeester.

Op 22 april 1945 wordt Schregardus in het oosten van ons land gearresteerd en op 17 oktober 1946 is er een rechtszaak tegen hem. Hij wordt veroordeeld en zit tot 1950 gevangen. Niet heel lang voor iemand die (met ‘Jantje Pap’) enthousiast op onderduikers, Joden en verzetsmensen gejaagd heeft en vele doden heeft veroorzaakt.

 

Burgemeesters in oorlogstijd

Frans Uijen heeft geprobeerd om het beste te doen voor de gemeenschap. Hij moet maatregelen bekend maken waar hij het niet altijd mee eens is. Maar hij heeft ook mensen kunnen beschermen of waarschuwen.

Zijn opvolger, Schregardus, werkt actief samen met de bezetters en bedenkt zelf maatregelen in de geest van het nationaal-socialisme.

Waalre mag blij zijn dat Frans Uijen op zijn post gebleven is.