Bier brouwen

De Eenhoorn brouwde volgens geheim recept

Het water in de grachten van Amsterdam en Utrecht was in de zeventiende eeuw zo vervuild en verzilt dat er niet meer goed bier mee kon worden gebrouwen. Daardoor werden er brouwerijen opgericht in de verschillende dorpen langs de Vecht. Op de plek waar nu de pastorie van de Heilig Hartkerk staat, heeft vanaf het begin van de zeventiende eeuw een brouwerij gestaan: De Eenhoorn. Het water van de Vecht was van goede kwaliteit en de rivier speelde ook een grote rol als transportweg.

Maerssen’s Swaer bier

De Eenhoorn was de belangrijkste brouwerij in Maarssen. Men maakte er ‘Maerssen’s Swaer bier’ volgens een geheim procedé. Bij gebrek aan hop zochten de brouwers andere ingrediënten. De Eenhoorn maakte vooral gebruik van gagel, vanwege de bittere smaak en licht hallucinerende werking. Sinds kort wordt er weer speciaal bier gemaakt met de naam ‘Maerssener Gagelblond’.

Het is ene Cristoffel Jeuriaensz uit Amsterdam die zich in 1608 als brouwer in Maarssen vestigt in dienst van de familie van Vlooswijck. Stoffel gaat een ‘compagnieschap’ aan met Jan van Vlooswijck, eigenaar van de brouwerij, en gaat de brouwerijzaken behartigen, ruim veertig jaar lang. Zijn dochter Elsje koopt in 1659 de brouwerij en gaat samen met haar echtgenoot Jacob Jansz van Clarenborch, afkomstig uit Breukelen, de brouwerij leiden.

Rampjaar

In 1672 houden de Franse troepen gruwelijk huis in Maarssen. Rond de brouwerij speelt zich een enorme tragedie af. Onder de dodelijke slachtoffers zijn Jacob Jansz en een aantal familieleden. De brouwerij blijft echter ongeschonden. Aeltje van Clarenborch, enig kind van Jacob en Elsje, erft op dertienjarige leeftijd de brouwerij en komt onder de hoede van haar tante Maria van Clarenborch. Het is vooral dankzij haar inzet dat de brouwerij in deze crisisperiode overeind blijft.

Familie De Jong

Onder de krachtige leiding van Gors Jan de Jong, man van Aeltje, gaat brouwerij De Eenhoorn een periode van bloei tegemoet. De Eenhoorn zal niet minder dan 140 jaar in de familie De Jong blijven. Omdat er in Maarssen veel thuisbrouwers waren, besluit Gors zelf herbergen te kopen die zijn bier gaan afnemen. Zo koopt hij in 1685 ‘Het Schilt van Vranckrijk’. Een paar jaar later wordt hij eigenaar van ‘De Prins te Paard’, een herberg tegenover de huidige pastorie gelegen en tot voor kort restaurant.

Het gaat De Eenhoorn lange tijd voor de wind. De brouwerij heeft een flink afzetgebied. Maarssen bezit in die tijd een groot aantal herbergen. En zoals de geheimschrijver van Staat en Kerk in 1759 schrijft, wordt in Maarssen goed bier gebrouwen: ‘… men te Maerssen een brouwery heeft, genaamt de Eenhoorn, in welke zeer gezond en smakelijk bier werd gebrouwen, daar men niet licht een roode neus van zal krijgen …’

Begin negentiende eeuw

De belastingen drukken zwaar, het gebruik van bier neemt af en de brouwerij heeft veel achterstallig onderhoud en lijkt aan het eind van haar krachten. Op 23 december 1802 verkopen de erven De Jong de brouwerij aan neef Hendrik de Jong uit Breukelen, eigenaar van brouwerij De Vijfhoeck. Het aflossen van de geldleningen voor de aankoop drukt echter zwaar. Hendrik houdt de brouwerij slechts enkele jaren. Vier generaties lang is brouwerij De Eenhoorn eigendom geweest van de familie De Jong. De brouwerij wordt in 1809 verkocht aan de Limburger Johannes Ludovicus Dolmans. Die houdt het weliswaar nog zo'n twintig jaar vol, maar uiteindelijk blijkt de brouwerij niet meer rendabel. Op 10 mei 1833 wordt De Eenhoorn te koop aangeboden. Bij gebrek aan kopers wordt het pand in 1834 verbouwd tot logement.