Dorpsbestuur van Bakel en Milheeze

Hoe manageden de peelmeesters De Peel?

Dorpsbestuur van Bakel en Milheeze
Via het register van eden is de taakverdeling binnen het Bakels dorpsbestuur anno 1778 goed te volgen. De eed die alle overheidsdienaren dienen af te leggen, levert een plechtig, serieus, zelfs sacraal moment op; de uitgesproken woorden mogen geen loze belofte vormen. Degene die valselijk en meinedig zweert, is naar de normen en waarden van de 18e eeuw met lijf en ziel eeuwig vervloekt… De eedafleggers mogen zich nooit laten afleiden van de rechtvaardigheid door het aannemen van giften, en zich ook niet laten beïnvloeden door haat of nijd, vriendschap, familiebanden of iets anders waardoor zij de waarheid uit het oog zouden verliezen. Zoo waarlijk moet hen God Almachtig helpen.
De Peelmeesters
Bakel en Milheeze zijn omringd door de oneindigheid van de Peel. Het ambt van Peelmeester is derhalve belangrijk! De nieuwe Peelmeesters beloven en zweren de gemeente, in dit geval de Peel, volgens de keurboekwetten en resoluties te regeren en overtreders van de keuren te beboeten en bij de schout aan te geven.
Het beboeten van de ‘contraventeurs’ of overtreders zal af en toe wel boze en zelfs slaande reacties opleveren, maar dat is dan het risico van het vak.
De armmeesters
Armen zijn er in Bakel en Milheeze veel. De eed van de armmeesters houdt in dat zij de middelen en inkomsten voor de armen te zullen invorderen en naar hun uiterste vermogen alle arme ingezetenen zullen helpen en bijstaan, en in redelijke en ordentelijke alimentatie zullen onderhouden. Verder moeten de armmeesters behoorlijke rekeninge, bewijs en reliqua af te leggen, en dus dienen zij enigszins administratief onderlegd te zijn.
De borgemeesters
Die administratieve vaardigheden komen ook de borgemeesters goed van pas. Zij beheren in een tweetal een jaar lang de geldkist van de gemeente. Zij beloven en zweren aan het begin van die termijn de dorpslasten getrouw te zullen innen en daarmede de gemeenteschulden op tijd te zullen voldoen, net als de renten, traktementen en verdere ordonnantiën van schepenen, zodanig dat de gemeente of de regenten door wanbetaling in geen schade komen te geraken.
Die borgemeesters zijn blij dat ze over een jaar weer van deze eer ontslagen worden.
De kerkmeesters
Dat ligt voor de kerkmeesters toch weer net even anders. Dat is echt een erebaan. Zij beloven de renten en andere inkomsten van de parochiekerk naar behoren te zullen invorderen en voorts daarin te doen wat zij ten aanzien van de kerk en administratie verplicht en schuldig zijn te doen.
De rotmeesters
Een rot is een wijk of een gehucht; een stukje van het dorp. Iemand met enig aanzien uit die wijk wordt aangewezen als de rotmeester, niet te verwarren met de onderwijzer die de school bestiert. Zij zweren in de bediening van hun ambt te letten op het steken en halen van groes en andere tüssen of vlaggen op de gemeentegronden of andere ongeoorloofde plaatsen, alsmede op het halen en maaien van strooisel en wat nog meer van de natuur is. Misbruikers zullen zij beboeten.
Alles overziende waren de bestuurlijke zaken in Bakel en Milheeze in de 18e eeuw goed geregeld. Dit leidde tot een geordende dorpssamenleving waar de meeste inwoners trots op waren. Wie wil er nu niet in Bakel of Milheeze wonen?