De moord op Theo van Gogh

Een moord die effect heeft op de vrijheid van meningsuiting

De filmmaker Theo van Gogh werd midden op straat vermoord door een moslimfundamentalist uit Amsterdam. Deze gebeurtenis was voor Amsterdam een klap die niemand vergeten zal.

Theo van Gogh studeerde rechten in Amsterdam, hij wou hiermee advocaat worden. Hij stopte met zijn studie en melden zich twee keer aan bij de Nederlandse Filmacademie. Hij werd afgewezen tot twee keer toe. Van Gogh maakte een verkiezingscampagnefilm voor de PvdA. Van Gogh was lid van het Republikeins Genootschap. In 2003 stemde van Gogh op Ayaan Hirsi Ali bij de Tweede Kamerverkiezingen. Hirsi Ali was tegen de islam en van Gogh steunde hem hierin.

Theo van Gogh werd in de ochtend op 2 november 2004 midden op straat vermoord. De moord werd gepleegd door de moslim Mohammed Bouyeri. Hij schoot hem neer en sneed zijn keel door. Hij liet op het lichaam een dreigbrief achter gelaten, in de brief stond dat Ayaan Hirsi Ali de volgende zal zijn. Ayaan Hirsi Ali had samen met Theo de film Submission gemaakt. In de film waren Koranteksten met daarop naakte vrouwenlichamen te zien. Het was een aanklacht tegen het vrouwonvriendelijke karakter van de islam. De moord op Theo van Gogh was een schokkende gebeurtenis die in de media veel aandacht kreeg. Veel politici waren bezig met de moord en reageerden hierop. 

De moord had verschillende gevolgen zoals een discussie over vrijheid van meningsuiting. Niet alleen in Amsterdam maar heel Nederland had men het over de moord. Ook werden er maatregelen genomen over de aanpak van moslimterrorisme. Het was een keerpunt in de relatie van moslims en de rest. Het is een aanslag op de democratie en de vrijheid van meningsuiting.

We hebben het nog altijd over het belang van de democratie en de grenzen van de vrijheid van meningsuiting. De moord op Theo van Gogh heeft hier een grote rol in gespeeld.