Het klooster van Susteren

Religieus leven tussen Kerk en Staat

In 391 na Christus verhief keizer Theodosius I het Christendom tot de Romeinse staatsgodsdienst. Daarmee gaf hij de nog jonge christelijke kerk een geweldige duw in de rug. Het zou echter nog eeuwen duren voordat heel Europa gekerstend was. De Engelse monnik Willibrord speelde daarin een belangrijk rol. Ook in Limburg.

De eerste christenen in Limburg

Sint-Servatius was de eerste die aan het einde van de Romeinse tijd het Christendom in Maastricht introduceerde. Bij de Sint-Servaaskerk zijn grafstenen gevonden uit de 5e eeuw, die erop wijzen dat daar in die tijd een (kleine) christelijke gemeenschap leefde. Het Christendom was in die tijd echter nog lang niet goed georganiseerd en wijdverspreid.

Missionarissen op pad

Daar kwam na het jaar 600 verandering in toen pausen als Gregorius de Grote (590-604) pogingen ondernamen om het Christendom verder onder de Europese bevolking te verspreiden. Dat deden ze onder andere door missionarissen te sturen naar gebieden die nog heidens waren.

Willibrord

Een van deze missionarissen was de Engelse monnik Willibrord (ca 658-739). Hij is bekend geworden door zijn bekering van de Friezen. Maar ook in Limburg heeft hij zijn sporen nagelaten.

In 690 stak hij met enkele metgezellen vanuit Engeland over naar het vaste land. Het gebied van de Friezen was echter nog te gevaarlijk, dus besloot hij om eerst steun te krijgen van de Frankische machthebbers. Die stonden hem toe om kloosters te stichtten. Dat deden deze Frankische vorsten echt niet alleen uit geloofsijver, vaak waren politieke redenen veel belangrijker. Een volk dat een en dezelfde religie had, was namelijk makkelijker te besturen dan een volk dat bestond uit meerdere geloofsgemeenschappen.

Een keten van kloosters

Het eerste klooster bouwde Willibrord in 698 in Echternach (nu in Luxemburg), gevolgd door een kloosterstichting in het Limburgse Susteren. Het meest vooruitgeschoven klooster verrees in Utrecht, dat Willibrord's uitvalsbasis werd om de Friezen te bekeren. Deze kloosterstichtingen markeren het begin van een tijd waarin staat en kerk het leven van iedereen volledig bepaalden.

Het oudste klooster van Nederland

Het Benedictijner klooster in Susteren (Suestra) bouwde Willibrord op een landgoed dat door de Frankische hofmeier Pepijn II en zijn vrouw Plektrudis aan hem was geschonken. De kloosterkerk werd gewijd aan Sint-Salvator, een andere naam voor Christus de Verlosser. Het klooster was het oudste van heel Nederland.

Van klooster tot R.K. Amalbergakerk

Zo'n 200 jaar later werd het klooster een exclusief vrouwenklooster waar Amalberga van Susteren de eerste abdis was. In 1789 werd de kloosterkerk in gebruik genomen als parochiekerk, nadat de oude parochiekerk door brand was vernietigd