De Ruiten-Aa

Een veenbeek als ruggengraat voor een hele streek

De Ruiten-Aa is, samen met de Mussel-Aa een bepalende factor voor Westerwolde zoals we het nu kennen. De oude dorpen ontstonden langs deze beken, evenals het wegennet.

Oorsprong
De Ruiten-Aa heeft zijn oorsprong in het veen van Zuid-Oost-Drenthe, in het voormalige Zwarte Meer. Op oude kaarten werd het “Diep op de Runde” genoemd, wellicht vanwege de ronde vorm van het “Hoylandt” waar het doorheen stroomde. Kort na de tegenwoordige provinciegrens met Groningen werd door de monniken van het Klooster in Ter Apel een stuw aangelegd. Vóór die stuw hebben ze een aftakking gemaakt, zodat het water naar de watermolen van het klooster kon stromen als ze de stuw afsloten. Ze noemden die sloot “Moolen Diep”. De Runde heette vanaf die stuw “Oude Aa”. Kennelijk stond de stuw meestal dicht, want op de waterstaatskaart van 1833 stond vermeld, dat de Oude Aa droog stond en was verdwenen. Al het water van de Runde stroomde dus door de Molen-Aa. Omdat de watermolen alleen met een flinke stroom water kon werken, werd een stuwvijver aangelegd op 200 meter voor de molen. Deze liep vol als de molen niet werkte en werd geopend als er gemalen moest worden. 

De naam
Voorbij de watermolen werd de beek “Ruiten-Aa” genoemd. Dat is wel vreemd, want waarom bleef de naam niet “Runde”? Een mogelijke verklaring is, dat er al eerder een watermolen is geweest. Deze stond aan de beek die uit het “Ruttenbroek” kwam, een moerasbos net over de grens met het tegenwoordige Duitsland. De monniken noemden die beek daarom “Rutten-Aa”. Dit stroompje leverde te weinig water voor de nieuwe molen, daarom heeft men toen de Molen-Aa tussen Runde en Rutten-Aa gegraven. Toch bleef de naam van de beek na de molen “Ruiten-Aa”.

Eemsbedding
Iets voor Ter Haar voegt zich ook de Olden of “Olde Sloot” uit het “Ruttenbroek” bij de Ruiten-Aa. Tussen Laude en Sellingen stroomt de Ruiten-Aa door de brede bedding van een verdwenen zijtak van de Eems.
Bij Rijsdam werd, na de aanleg van de vesting Bourtange, een dam van takkenbossen in de beek gelegd. Vóór deze dam werd een zijkanaal gegraven naar Bourtange, zodat er voldoende water rondom de vesting kwam.
In het gebied rond Vlagtwedde is er geen sprake meer van één beek, maar van een stelsel van stroompjes die uiteindelijk tussen Onstwedde en Wedde samenkomen met de Mussel-Aa en verder gaan onder de naam “Westerwoldse Aa”. Vanaf hier was de beek bevaarbaar voor grotere schepen.

Meanders
De slingers in een beek noemt men meanders. Ze ontstaan doordat in een zandbed het stromend water de buitenbocht steeds verder uitschuurt. In veengrond is dit veel minder het geval. Tijdens de ruilverkavelingen tussen 1960 en 1980 werden veel meanders rechtgetrokken, zodat er grotere en rechtere stukken landbouwgrond ontstonden. Vanaf 1990 begon men zich te realiseren, dat daardoor veel natuurlijk landschap was verdwenen. In het kader van het inrichten van een Natuurnetwerk Nederland werden de oude meanders opnieuw aangelegd. Dit project is in 2022 klaar.

Zelf lezen: 
Klik hier .om ”De watermolen van Klooster Ter Apel” te lezen


Er op Uit:


Tekstbronnen:

  • Landschapsbiografie van Westerwolde, Van Gorcum, Assen, 2021
  • Molendatabase .