Papiermolen op het Springendal

Familie Cramer en het scheppen van papier

Tijd van pruiken en revoluties

Vóór de komst van de textiel bloeide rond Ootmarsum een andere vorm van nijverheid. In de watermolens van de familie Cramer op het Springendal werd namelijk papier geproduceerd. Aangedreven door waterkracht stampten de hamers van de molens oude lompen tot vezels. Deze vezels vormden een brij die in zeeframen werd uitgeschept, geperst en gedroogd tot kwaliteitspapier. De Mosbeek en de Springendalsebeek zorgden voor aandrijving van de molens; hun heldere water was onmisbaar voor het productieproces van het papier.

Vijf molens in bedrijf

Zoals water en papier bij elkaar horen, zo horen ook papier en Cramer bij elkaar. De naam Cramer komt van Kremer en staat al vermeld in het oude burgerboek van Ootmarsum. Dr. Bernardus Kremer, de stichter van de papierfabriek, stamde af van deze oude familie. In 1711 stichtte hij in Mander de eerste papiermolen die door waterkracht werd aangedreven. Het water dat deze molen deed draaien, dreef nog twee andere door Cramer gekochte molens aan. Toen hij in 1715 in het huwelijk trad, veranderde B. Kremer zijn naam in B. Cramer en deze naam bleef verbonden aan de papierfabriek: B. Cramer Ootmarsum; Fabriekant van Machinale Pak-, Bord- en andere Papieren. In 1724 kocht B. Cramer landgoed het Springendal van de graaf Van Heiden Hompesch. De molen die daar stond werd onder eigen beheer in gebruik genomen. Een korenmolen die ook op het Springendal stond werd eveneens verbouwd tot papiermolen. In 1780 had de familie Cramer maar liefst vijf molens in bedrijf. Deze produceerden per dag 400 kg papier. Voor papier maken was veel water nodig. Al dit water werd onttrokken aan de Springendalsebeek en de Mosbeek. Dit tot groot ongenoegen van de boeren in de omgeving, die het water net zo hard nodig hadden voor hun bedrijfsvoering, bijvoorbeeld om hun weiden te bevloeien. Dit leidde natuurlijk tot veel onderlinge spanningen. In 1792 werden tenslotte de rechten in een contract vastgelegd.

Voor de wind

De papierindustrie floreerde. In 1867 werd onder het beheer van de twee broers G.W. Cramer en H.G.D. Cramer een rond-zeefmachine geïnstalleerd, de eerste in heel Nederland. "In die tijd sloegen de hamerbakken rondom Ootmarsum dag en nacht hun ritme in de oren der bewoners. Als een der molens stil stond, werd men wakker van de stilte", staat geschreven in het jubileumboek Drie Vel in het Wapen. Het ging de familie Cramer voor de wind. De Cramers woonden in de Grotestraat en vervulden vooraanstaande functies in de stad. Door de welvaart was de familie in staat om veel boerderijen en landerijen in eigendom te verwerven, die vervolgens weer werden verpacht. Men was ook in staat om moderne apparatuur te kopen. Zo zijn de oudst bekende foto's van Ootmarsum bijvoorbeeld gemaakt door de familie Cramer. In 1876 trok G.W. Cramer zich terug uit de papierfabriek. Hij werd burgemeester van Ootmarsum, een ambt dat hij tot zijn pensionering in 1913 vervulde. H.G.D. Cramer zette de zaak alleen voort en ging door de inzakkende handel moeilijke tijden tegemoet.

Afzetmarkt

Dat in de omgeving van Ootmarsum papierindustrie kon floreren, kwam vooral doordat er een goede afzetmarkt voor het papier bestond, net over de grens in Bentheim en Hannover. Vanaf 1870 werden in Duitsland, als gevolg van een toenemend nationaal bewustzijn, importbelemmeringen opgeworpen en viel de afzetmogelijkheid van papier daar weg. Dat was reden voor de familie Cramer om zich te bezinnen op de toekomst. De rest van Nederland was vanuit Ootmarsum moeilijk bereikbaar en daarom werd de productie nabij Ootmarsum beëindigd en is de familie in 1884 naar Wapenveld verhuisd. Daar werd de Berghuizer papierfabriek overgenomen. Door bij de verkoop van de molens te bedingen dat er minstens negentig jaar geen papier geproduceerd mocht worden, is de papierindustrie voorgoed uit de omgeving verdwenen. Enkele molens bestaan echter nog; alleen worden zij nu voor andere doeleinden gebruikt. In Vasse en Mander zijn de molens Bels en Frans toeristische attracties geworden. Op het Springendal heeft een molen plaatsgemaakt voor Wasserij het Springendal. Aan de Uelserdijk staan nog de zogenaamde Hobbemahuisjes het restant van een voormalige watermolen van de familie Cramer.