Evert van Benthem

Schaatsprestatie zet Sint Jansklooster op de kaart

Tijd van wereldoorlogen

In de waterrijke omgeving van Sint Jansklooster en Vollenhove is het niet verwonderlijk dat de schaatssport erg geliefd is. Al eeuwenlang geniet iedereen, jong en oud, arm of rijk van het rijden op het ijs. De sfeer die er dan heerst is er een van eendracht. Waren er 's winters al minder werkzaamheden op het land of op zee, als er sneeuw en ijs was lag de bedrijvigheid helemaal stil. Reden voor veel mensen om de schaatsen onder te binden en zich te vermaken met de gezelligheid op en om het ijs: spelletjes, wedstrijden, tochten en niet te vergeten koek en zopie.

IJsverenigingen

Vanaf het midden van de 19de eeuw werden er in heel Nederland ijsverenigingen opgericht. Deze hadden tot doel de beoefening van de schaatssport te stimuleren. Een aangelegde ijsbaan was hiervoor een uitstekend middel. Er werden kortebaanwedstrijden georganiseerd die van heinde en ver deelnemers trokken. De prijzen die konden worden gewonnen vormden een welkome aanvulling op het inkomen. Hoewel er vaak voor geldprijzen werd gereden, kwam een wedstrijd met als prijs een spek of worst ook regelmatig voor. Net als in de omringende dorpen kregen Stad en Ambt Vollenhove eveneens ijsverenigingen. IJsclub De Vooruitgang uit Vollenhove is de oudste nog bestaande ijsvereniging in Overijssel. Ze werd op 18 februari 1871 opgericht, met Anthony baron Sloet van Oldruitenborgh als voorzitter. Datzelfde jaar werd er in het Ambt ook een ijsvereniging opgericht. Het is niet bekend of dit al de huidige ijsvereniging Ons Genoegen in Sint Jansklooster was, maar zeker niet ijsclub Nooitgedacht uit buurschap De Krieger. Zij is, opgericht in 1933, de jongste van de drie.
Veel kortebaanwedstrijden hebben inmiddels plaatsgemaakt voor toertochten, die worden georganiseerd door samenwerkende ijsverenigingen. Deze tochten voeren de deelnemers dwars door het merengebied in de Kop van Overijssel.

Elfstedentocht

De Elfstedentocht in Friesland wordt wel de tocht der tochten genoemd. De eerst bekende deelnemer uit Vollenhove is een zekere G.H. Uil. In 1942 wist hij een negende plek te veroveren. 43 jaar later zou hij worden overtroffen door iemand uit de omgeving. Op 21 februari 1985 werd de Elfstedentocht voor de dertiende maal georganiseerd. De 26-jarige Evert van Benthem uit Sint Jansklooster was een kleine en snelle marathonschaatser die niet tot de favorieten voor de eindzege behoorde. Toen hij in een kopgroep van vier man richting finish ging, won hij in de laatste meters de sprint van de 28-jarige Henri Ruitenberg uit Oldebroek. Het verschil tussen beiden bedroeg slechts 1 meter. Van Benthem had precies 6.47.44 uur over de tocht gedaan, een verbetering met 37 minuten van het uit 1954 daterende record van Jeen van den Berg. In Sint Jansklooster barstte een waar volksfeest los en in de Leeuwte stonden auto's en bussen met belangstellenden in file voor de boerderij van de kersverse Elfstedentochtwinnaar. 1 jaar later, op 26 februari 1986, ging Van Benthem opnieuw als eerste over de eindstreep, deze keer na een lange solotocht. Met een tijd van 6.55.17 uur bleef hij nummer twee, Rein Jonker uit Wijtgaard, 1 minuut en 7 seconden voor. Met deze formidabele, dubbele schaatsprestaties zette de jonge veehouder Sint Jansklooster op de kaart.
Geïnspireerd door het succes van Evert van Benthem hebben de drie "Laand Venose" en de overige elf ijsverenigingen uit de Kop van Overijssel eind 1996 samen de Overijsselse Merentocht opgezet. Deze tocht van 200 kilometer is even lang als zijn illustere broer, de Friese Elfstedentocht. Voor haar eerste editie is het wachten op een strenge winter met betrouwbaar ijs.