Diessen en Hilvarenbeek samengevoegd

De nieuwe fusiegemeente krijgt de naam Hilvarenbeek.

Bij de gemeentelijke herindeling die in 1996 in Brabant plaatsvond op last van het rijk, ging het er primair om gemeentes met minder dan 16.000 inwoners te laten fuseren, omdat zulke kleine gemeentes onvoldoende bestuurskracht zouden hebben. In de midden-Brabantse grensstreek ging het om de gemeentes De Beerzen, Diessen (3.000 inwoners), Hilvarenbeek (6.000 inwoners), Goirle (11.000 inwoners) en Alphen & Riel. De fusies van Diessen met de Beerzen (Oost, West- en Middelbeers), en van Hilvarenbeek met Goirle lagen het meest voor de hand. Echter de stad Tilburg claimde Goirle en Berkel-Enschot als noodzakelijke uitbreidings- gebieden. Doordat die claim werd volgehouden tot op de eindzitting, schoven de fusiemogelijkheden voor andere dorpen van Goirle vandaan. Het werd uiteindelijk een patchwork waar weinig tevredenheid over was. Goirle bleef zelfstandig en kreeg het dorp Riel, Breehees en een deel van Gorp toegewezen, om hiermee de bescherming van enkele grote natuurgebieden en landgoederen langs de Belgische grens in één hand te brengen. Het dorp Alphen schoof op naar Chaam. Aan de andere zijde werd de kleine gemeente Diessen toegevoegd aan Hilvarenbeek, waar het vanaf de middeleeuwen tot de Franse tijd vele eeuwen bestuurlijk mee verbonden was geweest. De kleine restgemeente De Beerzen, inclusief Westelbeers dat tot 1789 deel had uitgemaakt van de Heerlijkheid Hilvarenbeek, ging in haar geheel naar Oirschot.

 

De fusiegemeente Hilvarenbeek met nu ruim 16.000 inwoners omvat zes dorpen: Baarschot met 760 inwoners, Diessen met 3.680 inwoners, Haghorst met 835 inwoners, Biest-Houtakker met 1.000 inwoners, Esbeek met 1.245 inwoners en Hilvarenbeek met 8.605 inwoners (stand in 2019), en een aantal te onderscheiden uit de middeleeuwen stammende gehuchten, te weten Groot Westerwijk, Voort, Gorp, Rovert, Groot Loo, Klein Loo, Driehuizen, Hoog Spul en Laag Spul.

 

Wapen en vlag van de gemeente Hilvarenbeek

Het eerste, overdadige wapen van Hilvarenbeek was afgeleid van het hierboven afgebeelde zegel van de schepenbank uit 1336, met de beide wapens van de heren van de heerlijkheid de hertog van Brabant en Rogier van Leefdael, gescheiden door een kronkellijn die de beek voorstelt, en het randschrift S. scabinorum de Beke quod dicitur Hilwarenbeke (zegel van de schepenen van Beke dat Hilwarenbeke genoemd wordt).

Vanaf de instelling van de gemeentes in 1810 voerde Hilvarenbeek een wapen dat een uitbeelding was van de samenstroming van de Noorderbeek en Zuiderbeek in de Platte beek, midden in het dorp. De drie beken bestaan niet meer binnen het dorp. Aanvankelijk werd een zwart-wit tekening gehanteerd met een grillig verloop van de stromen. Met de opkomst van de kleurendruk in de twintiger jaren van de vorige eeuw, werd het wapen geschematiseerd en van kleuren voorzien. Het rechthoekige blokje bovenin zou de kerk symboliseren.

Als gevolg van de samenvoeging van de gemeentes Hilvarenbeek en Diessen heeft de Hoge Raad van Adel in 1997 een nieuw wapen van de fusiegemeente Hilvarenbeek vastgesteld. In het nieuwe wapen zijn belangrijke symbolen uit de geschiedenis van Hilvarenbeek en Diessen verenigd. Op de linkerhelft prijkt de Brabantse leeuw, die verwijst naar de hertog van Brabant, in vroegere eeuwen halfheer van Hilvarenbeek en Diessen. De rechter helft toont twee symbolen die verwijzen naar de twee vroegere gemeentes. De sleutels staan voor Sint Pieter, de naamgever van de Petrus Banden kerk van Hilvarenbeek. Het aan de kerk verbonden kapittel was de brenger van welvaart van de middeleeuwen tot en met de zestiende eeuw. De ring verbeeldt de Willibrordusput die symbool staat voor de historische relatie tussen Diessen en Sint Willibrord, die in de achtste eeuw eigenaar van het dorp werd. De kleuren azuur en zilver komen van het wapen van het Kwartier van Oisterwijk waar Diessen en Hilvarenbeek tot 1795 deel van uitmaakten.

De gemeentevlag is een vereenvoudiging van het wapen. Van de drie symbolen is alleen de leeuw, die voor beide plaatsen gold, overgenomen. In de banen zijn de drie kleuren van het wapen overgenomen, waarbij de in wapens gebruikelijke kleuren goud en zilver zijn weergegeven als geel en wit.

 

Literatuur

G.P.J. Bannenberg, “De schependomszegels van Hilvarenbeek”. In: Varia Historica Brabantica, I, ’s Hertogenbosch, 1962, 63-84.