Frontlijn tijdens de Nederlandse Opstand

Wie aan de Tachtigjarige Oorlog denkt, herinnert zich de verhalen van Alkmaar, Haarlem en Leiden, of de beroemde Slag bij Nieuwpoort (die overigens een mislukking was). Maar al eerder, rond Pinksteren 1574, versloegen de Zaankanters de Spanjaarden. Bij Wormer!

Oorlogsgebied

De Zaanstreek had het niet best getroffen aan het begin van de oorlog. De opstandige Hollandse graven, zoals die van Egmond en Hoorn, hadden zich aangesloten bij de Prins van Oranje. Maar het grote Amsterdam koos voor de Spaanse koning.

In die tijd was onze streek een soort eiland tussen brede waterwegen. De enige manier om van noord naar zuid te komen, en omgekeerd, was over de dijken langs de Zaan. Om die wegen werd dus zwaar gevochten en overal werden schansen gebouwd.

In 1573 leken de Spanjaarden aan de winnende hand. Ze veroverden de ene Zaanse schans na de andere en brandden de dorpen plat.

Lambert Melisz

Uit die tijd stamt het beroemde verhaal van de Westzaner Lambert Melisz die voor de Spanjaarden vluchtte. Het was winter, dus kon hij over de bevroren sloten gaan. Zijn oude moeder trok hij op een slee achter zich aan. Zo wist hij veilig de stad Hoorn te bereiken.

Iedereen vond het een prachtig verhaal: echte Hollandse liefde van een zoon voor zijn moedertje. Lambert Melisz werd een bekende naam.

Jammer alleen dat het niet helemaal waar was... Er was wel een jongen uit Westzaan met zijn moeder naar Hoorn gevlucht, maar die jongen heette Herder. In de kroeg was hij een inwoner van Hoorn tegengekomen, Lambert Melisz, die het verhaal van hem kocht om er zelf beroemd mee te worden. En dat is hem gelukt: de ijsclub van Westzaan heet nog steeds naar deze Hoornse bedrieger!

De derde Pinksterdag

In het voorjaar van 1574 leken de Spanjaarden oppermachtig. Alleen de Kalverschans, die vlak bij de Zaanse Schans van tegenwoordig lag, was nog in handen van de opstandelingen.

Op de dag na Pinksteren stak een grote groep Spanjaarden bij Wormerveer de Zaan over. Maar ze waren gezien en de inwoners van Wormer legden snel een boot over de dijk. Van achter die boot beschoten ze de Spaanse troepen, al snel geholpen door soldaten van de Kalverschans. Ze wonnen het gevecht en aan het eind van de dag hadden ze 800 Spanjaarden gevangen genomen.

Het vervolg is minder fraai. De opstandelingen brachten de Spanjaarden naar de Zuiderzee en gooiden hen daar vastgebonden over boord. Ze verdronken allemaal.

Op de terugweg uit Hoorn besloten de opstandelingen hun wrede daad te vieren in de kroegen van Purmerend. Daarom is 'Pinksterdrie' nog steeds een Zaanse feestdag. Vroeger was het de gewoonte om op die dag in Purmerend 'een bokkie' te gaan kopen. 'Bokkie' betekent gewoon een borrel!

De val van Antwerpen

Na 1574 waren de Spanjaarden uit het noorden van Holland en uit de Zaanstreek verdwenen. Het gebied lag in puin, maar was vrij.

In de zuidelijke Nederlanden ging het anders. Daar bleven de Spanjaarden heer en meester. In 1588 veroverden ze de grote handelsstad Antwerpen, die nu in België ligt. Iedereen die niet katholiek was, werd daar vervolgd. Ze vluchtten naar het noorden, waar onder het bewind van de Oranjes godsdienstvrijheid was.

Veel Antwerpse doopsgezinden trokken naar de Zaanstreek, waar ze immers geloofsgenoten vonden. Ze namen hun geld én hun goede handelscontacten mee. Hun komst zorgde voor een enorme opleving van de streek.

'Elk nadeel heeft zijn voordeel' luidt een beroemde uitspraak van Johan Cruijff. En zo is het ook. Dezelfde oorlog die de Zaanstreek had verwoest, zorgde nu voor nieuwe kansen!

Schansen Schansen zijn kleine forten. Of deze uitleg Schansen Een schans is een wal van aarde die voor een stad of een andere belangrijke plek werd gebouwd. Daarachter konden soldaten met kanonnen en geweren zich verdekt opstellen. Zo werd het voor de vijand moeilijk een stad te bereiken.

Zuiderzee De Zuiderzee heet nu IJsselmeer heet)