Eerste Wereldoorlog

Eerste Wereldoorlog


In de loopgraven in de eerste Wereldoorlog vochten soldaten voor hun leven. Nederland was neutraal dus de grootste gruwelen bleven de inwoners bespaard. Van 1914 tot 1918 woedde in Europa een (grote oorlog) die voor Nederland wel consequenties had, maar waarvan de gruwelijkheden Nederland bespaard bleven. In deze Eerste Wereldoorlog stonden de 'centralen' (Duitsland, Oostenrijk en Turkije) tegenover de 'geallieerden' (Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland). Als de soldaten beschoten in loopgraven, konden ze niet meer dan dekking zoeken voor ontploffende granaten en het beste ervan hopen. Verenigde Staten in 1917 de kant van de geallieerden kozen, raakten die aan de winnende kant. In november van het volgende jaar gaven de centralen zich gewonnen. Nederland was neutraal gebleven, dat was al langer de basis van de Nederlandse buitenlandse politiek. Veel Europese landen kregen in en na de oorlog te maken met revolutionaire omwentelingen. In Rusland werd de tsaar van zijn troon gestoten en vermoord, en in Duitsland en Oostenrijk-Hongarije werd het keizerrijk vervangen door een republiek.
In 1917 werd het algemeen mannenkiesrecht ingevoerd.