Van boerendorp naar forensendorp

De verandering en groei van Zuidwolde

De oudste schriftelijke vermelding van Suthwalda dateert van 1275. Met de naam Suthwalda werd een gebied aangeduid, geen dorp in de betekenis van nu. Op welke wijze mensen in de late Middeleeuwen samenleefden is niets met zekerheid bekend. Aangenomen mag worden dat verspreid op de Rug van Zuidwolde kleine boerengemeenschappen waren ontstaan.

De kerk als samenbindend element
In het begin van de 14e eeuw wordt ongeveer in het midden van de 9 kilometer lange Rug van Zuidwolde een kerk gesticht. Deze kerk staat in een bosgebied. Daarom spreekt men van Kerkenbosch. De mensen uit de buurtschappen komen hier bijeen voor de zondagse kerkdienst. Ook worden dan belangrijke mededelingen afgekondigd. Langs de doorgaande weg worden boerderijen gebouwd. Er komen mensen wonen die boer zijn maar daarnaast ook een ambacht uitoefenen, zoals smid of timmerman. En de school staat er, met een huis voor de schoolmeester. Zo ontstaat in de loop van enkele eeuwen een langgerekte dorpskern. Toch blijven er nog tot ver in de 19e eeuw grote open plekken langs de Hoofdstraat.

Nog steeds een boerendorp
Vanaf ongeveer 1900 is niet meer elke bewoner van het dorp ook boer. Er komen steeds meer woonhuizen. Naast ambachtslieden die vooral ten behoeve van de boeren werken, komen er ook winkeliers, een dokter, een veearts en een notaris. Geleidelijk aan worden de open plekken langs de Hoofdstraat bebouwd. Vanaf omstreeks 1930 worden ook langs de Meppelerweg en de Burg.Tonckensstraat woningen gebouwd

Uitbreidingsplannen
Pas na de Tweede Wereldoorlog begint het dorp zich uit te breiden. Dat gebeurt planmatig, eerst aan de oostzijde van de Hoofdstraat; vanaf de jaren '70 in plan West en de Overmarsen. Nog maar kort geleden is begonnen met de ontwikkeling van plan Middelveen. Woningbouw is in eerste instantie noodzakelijk vanwege de toename van de eigen bevolking. Die eigen bevolking vindt steeds meer werk buiten de agrarische sector. Veel mensen gaan werken in de industrie van Hoogeveen en andere plaatsen. Vanaf eind jaren zestig is er steeds meer interesse van buiten Zuidwolde voor het wonen in het dorp met z’n rust en ruimte. Vrijgekomen boerderijtjes worden verbouwd tot woonboerderij. Zuidwolde wordt zo steeds meer een forensendorp waarvan de inwoners elders werken. De toegenomen mobiliteit heeft hier sterk aan bijgedragen.