Doelen

  • Ik kan het verschil aangeven tussen Homo sapiens en de Neanderthaler. 
  • Ik kan vertellen waar sporen van Neanderthalers in Twente te vinden zijn. 
  • Ik kan vertellen waar in Hengelo prehistorische vondsten gevonden zijn. 
  • Ik kan vertellen waar vuistbijlen voor gebruikt werden.