Gemeenteraad = democratie

Gewone mensen krijgen het mee voor het zeggen

Iedere week komt in het gemeentehuis van Diemen de gemeenteraad bijeen. Op zo’n gemeenteraadsvergadering besluiten de 21 raadsleden wat er moet gebeuren in Diemen, of wat er verboden moet worden. De burgemeester en de wethouders zorgen daar dan voor.

Democratie

De raadsleden zijn door de inwoners van Diemen gekozen. Dat kiezen of stemmen gebeurt iedere vier jaar. Voor heel Nederland is er ook zo’n raad: de Tweede Kamer van de Staten-Generaal. Die komt bijeen in Den Haag en ook de leden daarvan worden iedere vier jaar gekozen. We noemen dat democratie, wat letterlijk betekent dat het volk regeert. Het woord komt uit het Grieks want het idee van democratie is zo’n 2500 jaar geleden in Griekenland ontstaan. In Nederland kwam de Staten-Generaal voor het eerst in 1464 bijeen, maar die was toen nog niet door het volk gekozen. Ons land is pas sinds 1919 een echte democratie, want vanaf toen mochten ook vrouwen stemmen.

Wie het vroeger voor het zeggen had

Tot 1795 werd Diemen nog altijd bestuurd zoals in de tijd van de graven van Holland. Verkiezingen werden niet gehouden. De rijkste en machtigste Diemenaren hadden het meeste te zeggen (zie ook hoofdstuk over Ridders en Graven). In de 18de eeuw groeide de ontevredenheid daarover onder de andere Diemenaren, net als overal in Nederland. De ontevredenen noemden zich Patriotten en ze wilden een democratisch Nederland. In Diemen was dominee Bernardus Bosch een vurig patriot.

Voor het eerst verkiezingen

In 1795 vond in Nederland de zogenoemde Bataafse omwenteling plaats. Dat was net na de Franse revolutie van 1789, die ‘vrijheid, gelijkheid en broederschap’ moest brengen. Nederland werd in 1795 een democratie, zowel plaatselijk als landelijk. Maar toen Napoleon Bonaparte in 1799 in Frankrijk alle macht naar zich toe trok kwam er alweer een einde aan de democratie. Nederland moest het machtige Frankrijk steeds meer gehoorzamen. Als keizer van Frankrijk stelde Napoleon zijn broer Lodewijk Napoleon in 1806 aan als koning van Holland. Een paar jaar later, in 1810, lijfde keizer Napoleon ons land gewoon bij Frankrijk in en daarom worden deze jaren ook wel de Franse tijd genoemd. Als deel van Frankrijk kreeg Nederland betere rechtspraak en een Burgerlijke Stand, waarin van iedereen persoonlijke gegevens (de data van geboorte, huwelijk en overlijden plus woonplaats) kwamen te staan. Iedereen moest vanaf toen een achternaam hebben. Ook werd het tiendelige stelsel met meters, kilo’s en liters ingevoerd. Maar Nederland moest ook meedoen met Napoleons oorlog tegen Rusland, waarbij veel soldaten omkwamen. In 1813 werd Napoleon door een internationale troepenmacht verslagen en werd Nederland weer vrij en onafhankelijk. Sindsdien hebben wij een koning(in) uit het huis (= familie) van Oranje.

Kiesrecht voor iedereen

Een democratie was Nederland in 1813 echter niet geworden. Alleen rijke of hoogopgeleide mannen (dus geen vrouwen) mochten stemmen voor leden van een gemeenteraad of de Staten-Generaal. En daar zaten dan ook alleen ‘hoge heren’ in, mensen uit de bovenlaag van de bevolking. Dat maakte de mensen zonder kiesrecht weer ontevreden. Vooral vanaf 1879 werd door velen aangedrongen op kiesrecht voor iedereen. Daarvoor gingen vooral socialisten (sociaal-democraten) en feministen in steeds grotere demonstraties de straat op. Uiteindelijk hadden de demonstranten succes, want in 1917 kwam er algemeen kiesrecht voor mannen en in 1919 ook voor vrouwen. Sindsdien wordt Diemen, net als heel Nederland, democratisch geregeerd en maakten ook ‘gewone’ mensen deel uit van de gemeenteraad. Zo werd bijvoorbeeld de Diemense ijscoman Horstman in 1919 raadslid voor de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP)