Naar aanleiding van de geschiedenis, de plek en het kunstwerk heeft dichter Koos Geerds een gedicht geschreven:
een helm, een hond
zijn tongval die zojuist hem jammerlijk
als vreemde muskettier verried - en dan
de scherpe piek die hem de muur op dwingt
de enkele seconden die hem rijssen op de kop
vertonen, zijn helm die ringkinkt naar beneden
een schelle blaf die in zijn oren klinkt
de moddergrond die aan zijn laarzen zuigt
het water dat zich onverbiddelijk sluit
en dat was dat vanuit de mens bezien
er is een logica die dit te boven gaat
en het geduld opbrengt dat ons ontbreekt
die met de kop schuin op het wonder wacht
die hondentrouw… de dood is relatief
mag hij misschien wat stilte alsjeblieft?