Pierre J.H. Cuypers

Roermonds architect

De oprichting van het bisdom Roermond in 1853 was de aanzet voor een herleving van het katholieke leven in Limburg. De Roermondse architect Pierre Cuypers had hierin een voortrekkersrol. Hij restaureerde vele oude kerken en bouwde nieuwe. Daarbij hanteerde hij bijna altijd de neogotische stijl, die volgens hem de katholieke stijl bij uitstek was.

Rijk en rooms

In de tweede helft van de 19e eeuw ontstond er een heel netwerk van katholieke organisaties en verenigingen in Limburg: de katholieke zuil. Er waren katholieke kranten & tijdschriften, radioprogramma's, politieke partijen, sport- en toneelverenigingen, jeugdbewegingen, enzovoorts. Het 'Rijke roomse leven' floreerde. Dit gebeurde overigens in heel Nederland. Naast de katholieke zuil waren er ook de protestantse, socialistische en liberale zuilen.

Kerkenbouw

Een van de middelen om de herleving van het katholicisme kracht bij te zetten, was de bouw van nieuwe kerken. De stijl die daarvoor bij uitstek gebruikt werd was de neogotiek, een eigentijdse variant van de Middeleeuwse gotiek.

Kenmerken van de neogotiek zijn onder andere bakstenen gewelven en gewelfribben, enorme pijlers, glanzend koperwerk, overvloedig houtsnijwerk en gebrandschilderde ramen. Ook de hoge kerktorens, als het ware opgeheven speren, gaven de strijdlust en het elan van de katholieke herleving perfect weer.

Pierre Cuypers

Roermondenaar Pierre Cuypers zou de belangrijkste neogotisch architect worden. Hij bouwde een groot aantal nieuwe kerken en restaureerde er ook veel. Daarbij ontwierp hij niet alleen het stenen gebouw, maar ook de hele inrichting ervan. Cuypers zag zijn ontwerpen dan ook als een totaalkunstwerk.

Roermond en Amsterdam

Pierre Cuypers werkte in eerste instantie vanuit Roermond. Daar had hij ook zijn werkplaats waar schrijnwerkers, beeldhouwers en schilders dagelijks werkten aan beelden, houtwerk, schilderingen, enzovoorts. Later verhuisde Cuypers naar Amsterdam. In die tijd bouwde hij onder andere het Rijksmuseum en het Centraal Station.

Kritiek op Cuypers

In de eerste helft van de 20e eeuw daalde Cuypers' populariteit drastisch. De neogotiek had afgedaan en Cuypers kreeg geregeld kritiek op zijn restauraties die volgens critici te drastisch waren. Controversieel was bijvoorbeeld de restauratie van de O.L.V. Munsterkerk in Roermond, waar hij twee torens aan de voorzijde toevoegde en een 18e-eeuwse toren verwijderde. Volgens zijn critici gingen dat soort ingrijpen te ver. Zij vonden dat je de bouwgeschiedenis van een gebouw ook moest respecteren.

Herwaardering

De laatste decennia wordt het werk van Cuypers echter weer positiever ontvangen. Dat blijkt onder andere uit het feit dat de neogotische muurschilderingen in het Rijksmuseum, die bij een eerdere restauratie over waren geverfd, bij de laatste restauratie weer in ere zijn hersteld.