Leerkrachten

Waar ligt Ter Heyl?

Ter Heyl (tegenwoordig schrijf je 'Terheijl') ligt in het Drentse landschap tussen Roden en Nietap. Het grenst aan het Groninger Vredewold in het Westerkwartier.

Strafkolonie uit de 14e eeuw

Huis Ter Heyl is in de14e eeuw in het bezit van het klooster van Aduard. Kloosters zijn in die tijd erg machtig en bezitten huizen tot in de verre omtrek. Deze huizen worden ook wel 'voorwerken' genoemd. Huis Ter Heyl is het meest afgelegen voorwerk van het klooster van Aduard.

Waar komt de naam vandaan?

Monniken die zich slecht hebben gedragen worden naar deze verre plek gestuurd om er te werken. Het gebied is belangrijk voor het klooster omdat er potklei en brandstof (turf en hout) te vinden is. De plek staat bekend als 'Ter Helle'. Dit betekent laagte, poel of helling. Maar ook doet de plek ze denken aan de hel omdat het er woest en leeg is. Zo krijgt dit voorwerk de naam Ter Helle die later verandert in Ter Heyl.

Monnikenwerk in Ter Heyl

De monniken die naar Ter Heyl zijn gestuurd moeten stenen bakken in de tichelarij (steenbakkerij). De stenen worden gemaakt van klei uit de omgeving. Ze worden gebakken in ovens die met turf gestookt worden. De turf komt ook uit de omgeving. De kloosterlingen weten hoe ze de turf uit de grond moeten halen en naar de ovens moeten vervoeren. Samen met de boeren in de omgeving beheren de monniken het landschap. Ze bouwen samen bijvoorbeeld sluizen om water uit Drenthe af te voeren naar de Waddenzee. Door de turfwinning ontstaat er namelijk wateroverlast in Drenthe.

Van hel naar paradijs

In 1490 laat abt Wolter een kapel bij huis Ter Heyl bouwen en in 1545 bouwt abt Godefridus Ter Heyl uit tot een soort slot met koepeltoren en keldergewelven. Ze leggen ook tuinen aan. Ter Heyl wordt zo mooi dat abten uit Aduard het gaan gebruiken als buitenverblijf waar je goed kunt uitrusten en nadenken. Ze geven het de naam 'Het Paradijs'.

Einde van klooster Aduard

De onlusten van de Tachtigjarige Oorlog betekenden het einde van het klooster van Aduard. In 1580 wordt het klooster door Staatse troepen in brand gestoken. Het definitieve einde van komt in 1594 als de provinciale overheid (de Staten van Groningen) alle bezittingen van het klooster overneemt, inclusief Ter Heyl.

Over in Drentse handen

In 1612 verkopen de Staten van Groningen het voormalige kloosterbezit Ter Heyl aan Casper Van Ewsum. Hij is commandant van de vesting Coevorden en drost van Drenthe. In 1632 lukte het hem om van het huis Ter Heyl een havezate te maken. Hiermee krijgt hij allerlei voorrechten zoals het rechtsgeldig maken en ondertekenen van akten en testamenten en voorrang bij stemmingen op land- en rekendagen.

1854: sloop van de havezate

Tot halverwege de 19e eeuw is de havezate Ter Heyl in handen van verschillende eigenaren. Allemaal zorgen ze goed voor het huis en de gronden eromheen. Maar in 1853 kan de laatste eigenaar de havezate niet meer onderhouden. Hij doet alles in de verkoop. Het landgoed wordt in 250 percelen (stukjes land) verdeeld en verkocht. Het huis wordt gekocht door Heertje Berends Harkema, een aannemer uit Warfhuizen. De bospercelen worden verkocht aan Mr. Abraham Leuringh.

De havezate wordt 1854 gesloopt. Op de plek van het huis bouwt houtkoper Alje Bonthuis een boerderij. In 1969 brandt het boerderijgedeelte af. Het voorhuis is nu nog in gebruik als woning.