Op vakantie
In 1910 werd in Drenthe de Provinciale Bond voor
Vreemdelingenverkeer opgericht. In het begin was het doel van de
vereniging vooral het verbeteren van de hotels en pensions in de
provincie. Er werden cursussen in tafelbediening en het behandelen
van wasgoed gegeven. In de Eerste Wereldoorlog stopte de
Bond.
In 1929 kwam er een nieuwe vereniging: de Provinciale Vereniging
voor Vreemdelingenverkeer (PVVV). Zij gaven boekjes uit met hotels
en in 1939 het toeristische handboek Mooi Drenthe.
Er waren maar weinig mensen die in die tijd op vakantie gingen.
Alleen de allerrijksten konden zich een vakantie veroorloven. Na de
Tweede Wereldoorlog kwam daar verandering in. Door de toegenomen
welvaart gingen meer mensen op vakantie.
In 1958 waren er al 29 VVV-kantoren in Drenthe en werden er 600.000
toeristische overnachtingen geteld. Om alle toeristen onderdak te
kunnen bieden, werden er steeds meer kampeerterreinen en
bungalowparken aangelegd.
Huttenheugte
Eén van die bungalowparken was de Huttenheugte, dat in 1972 werd
geopend aan de dorpsrand van Dalen. Het was één van de vier
Sporthuis Centrum parken in Nederland. Bijzonder was dat alle
bungalows rondom een meer werden gebouwd. De bungalows waren erg
luxe. Ze waren voorzien van een kleuren-tv, een centrale verwarming
en een ligbad. In de loop der jaren is het park steeds verder
uitgebreid met onder andere een groot tropisch zwembad.
De Huttenheugte is niet het enige bungalowpark in de gemeente
Coevorden. In Wezuperbrug verrees recreactiepark 't
Kuierpadtien, waar kan worden gekampeerd, maar er staan ook
zomerhuisjes. Er zijn allerlei activiteiten te doen zoals zwemmen,
skiën op een kunstskibaan en klimmen in een klimpark. Ook in
bijvoorbeeld Erm en Aalden zijn bungalowparken te vinden.
Toeristische attracties
Waren plaggenhutten voor de allerarmsten vroeger bittere
noodzaak, tegenwoordig zijn de hutten een toeristische attractie in
openluchtmuseum Ellert en Brammert in Schoonoord. In 1954 bestond
het dorp honderd jaar. Om dat te vieren werden er een paar
plaggenhutten nagebouwd. Er was zoveel belangstelling voor de
hutten, dat ze een blijvende plek kregen. Dat was het begin van het
openluchtmuseum. Nu is het museum veel groter. Er staat onder
andere een Saksische boerderij, een tolhuis, een school en een
gevangenis. Toeristen krijgen zo een goed beeld hoe de mensen in
Drenthe vroeger leefden.
Andere toeristische attracties in de gemeente Coevorden zijn
bijvoorbeeld Stedelijk Museum Coevorden, Museummolen Jan Pol,
Plopsaland, de oude stad Coevorden, zwemplas de Kibbelkoele, de
dorpen met mooie boerderijen en de kanalen voor de
recreatievaart.
Ook heeft de gemeente veel monumenten en beelden die te bezichtigen
zijn. Deze zijn allemaal terug te vinden in de boeken Van
grenssteen tot kunstwerk van H.J. Lesschen en Van spieker
tot spoorbrug van Amanda Janssen-Stuurman.
Natuurgebieden
Ook de natuurgebieden, zoals het Sleenerzand en de Dalerpeel trekken veel mensen. De Dalerpeel is interessant omdat alle stadia van turfwinning en de ontginningen nog herkenbaar zijn. Hierdoor is dit gebied beeldbepalend voor de verveningsgeschiedenis van Drenthe. In het natuurgebied komen veel bijzondere planten- en dierensoorten voor. Naar het Sleenerzand komen toeristen voor het hunebed, de grafheuvels, het bos en het prachtige heidegebied. Ook veel andere bossen en heidegebieden binnen de gemeente hebben aantrekkingskracht op toeristen. Door vele fiets- en wandelpaden zijn deze gebieden goed toegankelijk.
Belangrijke inkomstenbron
Het toerisme is een belangrijke inkomstenbron. In het jaar 2000
is berekend dat er in de hele provincie ongeveer 14.500 mensen in
het toerisme werkzaam zijn. De meesten van hen werken op plekken
voor dagrecreatie, zoals in het openluchtmuseum Ellert en Brammert
in Schoonoord.
Een kleiner deel werkt op plekken waar mensen langer verblijven,
zoals bungalowparken en hotels. Met 14.500 arbeidsplaatsen is de
toeristische sector in Drenthe even belangrijk als de zakelijke
dienstverlening en de sector bestuur en overheid.