Leerkrachten

Leergierig kind

Johan Picardt werd op 5 februari 1600 geboren in het Duitse Bentheim, net over de grens van Drenthe. Hij was de zoon van een calvinistische predikant aan het hof van de graaf van Bentheim. De jonge Johan was een leergierig kind. Hij doorliep het gymnasium in Steinfurt. Daarna studeerde hij theologie in Franeker en Leiden. In 1623 studeerde Johan af als theoloog.

Predikant

Als jongen van 23 kwam Johan Picardt terecht in Egmond aan Zee, waar hij predikant werd. In de overwegend katholieke gemeenschap, predikte Johan vaak voor een bijna lege kerk. In 1625 trouwde de predikant met een dochter uit een welgestelde familie: Rocha Bredero van Egmond. Samen kregen ze zeven kinderen. Naast zijn werk als predikant was Picardt een nieuwe studie begonnen aan de universiteit van Leiden. In 1628 promoveerde hij als arts.

Verbod

Naast zijn werk als predikant ging Johan Picardt in Egmond aan Zee aan de slag als arts. Hij liet zich rijkelijk voor zijn hulp betalen. Hierdoor kon het gezin Picardt een vrij luxueus leven leiden, dat van een predikantensalaris alleen onmogelijk was geweest.
Over de uitvoering van zijn medische bezigheden kwam hij in conflict met het bestuur van de protestantse kerk, die Picardt voorhield dat nevenfuncties volgens de calvinistische leer voor predikanten verboden waren. Voor Picardt was dat aanleiding om in 1642 Egmond te verlaten en naar Drenthe te vertrekken, waar hij predikant en arts werd in Rhee, ten noorden van Assen. Hier mocht hij zijn beide beroepen wel combineren.

Drenthe

Een jaar na zijn aankomst in Rhee werd Picardt predikant in Rolde. Omdat er geen pastorie beschikbaar is in het dorp, bleef Picardt op zijn boerderij in Rhee wonen. De boeren in Rolde moesten weinig van hun nieuwe predikant en zijn preken hebben. Ze zagen Picardt als een vreemdeling uit Rhee, die bovendien veel te geleerd was. Ook vonden ze dat hij er maar een rare liefhebberij op nahield.

Liefhebberij

Al in Egmond aan Zee had Picardt een liefhebberij ontwikkeld: hij wilde woeste gronden in cultuur brengen en landbouwgrond vruchtbaarder maken zonder mest te gebruiken. Picardt dacht dat grond vruchtbaarder zou worden als hij verschillende soorten zou mengen. De boeren in Egmond moesten niks van zijn ideeën weten, en lachten hem uit. Zo ook de boeren uit Rolde.
De graaf van Bentheim geloofde wel in de ideeën van Picardt. In 1647 kreeg hij de opdracht om de moerasachtige gebieden in de buurt van Neuenhaus, niet ver over grens bij Coevorden, in cultuur te brengen. Dit hield in dat het gezin Picardt naar Coevorden verhuisde. Op 1648 werd Picardt als predikant geïnstalleerd in de Nieuwe Hervormde Kerk in Coevorden. Zo kon Picardt de ontginningen goed in de gaten houden. Als dank noemde de graaf het gebied Alte Picardie.

Druk bezet

Naast zijn werk als predikant, arts en ontginner vond Picardt ook nog tijd om zich met één van zijn andere interesses bezig te houden: geschiedenis. Waarschijnlijk ontstond zijn liefde voor het verleden tijdens de vele wandelingen die hij tussen Rhee en Rolde maakte. Onderweg kwam hij allerlei sporen uit het verleden tegen, zoals hunebedden en grafheuvels.
In 1660 verscheen in Amsterdam het boek Annales Drenthiae. Met dit boek werd Picardt de eerste geschiedschrijver van Drenthe. In zijn boek gaat hij onder andere in op de hunebedden. Hij kon zich niet voorstellen dat deze steenhopen door mensen bijeen gebracht waren. Dat moest het werk van reuzen zijn geweest. Ook dacht Picardt dat het grootste moeras van Europa, het Bourtanger Moor was ontstaan door een soort oerknal. Het zou een straf van God zijn geweest voor de bewoners van het gebied, vergelijkbaar met de Zondvloed uit Noachs tijd.
Daarnaast verdedigde Picardt - zoals veel tijdgenoten - het bestaan van spoken, heksen en duivels. Veel van zijn historische beschrijvingen en verklaringen bleken later niet te kloppen.

Ellert en Brammert

Ook was Picardt de eerste die de sage van Ellert en Brammert opschreef. Deze bekende Drentse reuzen waren twee woestelingen, die in een onderaardse hut op de heide leefden. Brammert was de zoon van Ellert. Beide reuzen overvielen iedereen die zich op de heide waagde. Op een dag ontvoerden beide reuzen het meisje Marieke. Zij moest het hol schoonhouden en voor de reuzen koken. Na zeven jaar wist Marieke te ontsnappen door Brammert de keel door te snijden. Ellert stierf van uitputting toen hij Marieke over de heide naar het huis van haar ouders achtervolgde.

Picardt nu

Johan Picardt stierf op 21 mei 1670. Hij werd begraven in de Nieuwe hervormde kerk van Coevorden. Als herinnering aan Picardt is er op de kerk een plaquette aangebracht. Ook zijn er in Nederland een aantal straten naar deze eerste Drentse geschiedschrijver vernoemd, zoals de Doctor Picardtlaan in Coevorden. In Coevorden is ook de CBS dr. Picardt te vinden. De ANWB heeft in de omgeving van Coevorden een Picardtroute voor toeristen samengesteld, die voert langs plekken waar de predikant geweest is.