Meren

De eerste bewoners

In het latere Vechtgebied ontstonden ook zoetwatermeren, gevoed door regenwater en afvoerstroompjes uit het veen. Tussen Breukelen en Loenen bijvoorbeeld lag een flink meer, dat in ieder geval rond 1500 voor Chr. al bestond. Ook bij Abcoude lag een grote waterplas, dat een groot deel van het huidige Gooi omvatte.

Deze meren slibden dicht door afzetting van sediment en langzaam vormde zich de rivier de Vecht, voor een deel op de plek van de vroegere meren. Omdat de rivier steeds minder water ging vervoeren, duurde het lang voordat de meren geheel waren dichtgeslibd.

Pas na 300 voor Chr. konden mensen zich vestigen op de plaats waar ooit het uitgestrekte water had gelegen. De vondst van een boomstamkano bij Nigtevecht toont aan dat vissers zich op het water waagden. Ook in de vroege middeleeuwen werden de meren intensief gebruikt voor de visvangst, zoals het Uitermeer en het Overmeer.