Thomas a Kempis

Leven met God

Tijd van steden en staten

Denken aan God

Bij Zwolle stonden in de Middeleeuwen twee belangrijke kloosters: het Agnietenbergklooster en het klooster Windesheim. Een klooster is een groot gebouw waar monniken of nonnen wonen. Dat zijn mannen en vrouwen die veel bidden en aan God denken.

Nieuwe ideeën

De katholieke kerk was heel rijk in de Middeleeuwen. Veel mensen die voor de kerk werkten, zoals de bisschoppen, vonden geld heel belangrijk. Ze verkochten bijvoorbeeld baantjes in de kerk voor veel geld. Sommige gelovigen waren het hier niet mee eens. Zij kwamen met nieuwe ideeën.

Moderne Devotie

We noemen deze ideeën de Moderne Devotie. De leider van de Moderne Devoten was Geert Grote uit Deventer. Hij en zijn volgelingen vonden dat je in armoede moest leven. Rijkdom leidde alleen maar af van God. De Moderne Devoten deden veel voor arme en zieke mensen. Ook gaven zij onderwijs aan kinderen.

School in Deventer

Eén van de kinderen die bij de Moderne Devoten in Deventer naar school ging, was Thomas a Kempis. Thomas woonde bij zijn leraar in huis. Dat deden veel kinderen die van ver kwamen. Op zijn 19de was Thomas klaar met school. Hij vertrok naar het Agnietenbergklooster om monnik te worden.

Beroemd boek

Thomas had als taak in het klooster de jonge monniken te begeleiden. Hij leerde ze de leefregels van de Moderne Devoten. Om het makkelijker te maken, schreef hij de regels op in een boekje: De navolging van Christus. Dit boekje wordt nu nog steeds gelezen door christenen over de hele wereld.

Windesheim

Het andere klooster bij Zwolle, Windesheim, groeide uit tot het centrum van de Moderne Devotie in Europa. Vanuit Windesheim werden de ideeën van mannen als Geert Grote en Thomas a Kempis naar andere kloosters in Europa verspreid.

Herinnering

In 1471 overleed Thomas. Hij werd op de begraafplaats van het klooster begraven. Nu kun je op deze plek begraafplaats Bergklooster vinden. Vlakbij de ingang staat een monument dat aan Thomas a Kempis herinnert. Thomas is heel belangrijk voor het christendom geweest. Daarom werd in 1672 besloten zijn botten op te graven en ze in de kerk te bewaren. Je kunt de reliekschrijn (versierde kist) met zijn botten in de Onze Lieve Vrouwebasiliek aan de Ossenmarkt bekijken.