Jutphaas en Vreeswijk worden Nieuwegein

Historische grond; een nieuwe stad

De gemeente Nieuwegein zag formeel het daglicht op 1 juli 1971. Dat ging die dag niet gepaard met veel ceremonieel. In de jaren ervóór was er heel wat energie gestoken in het voorbereiden van deze samenvoeging. Hoe kwam het samengaan van Jutphaas en Vreeswijk tot stand? Een terugblik.

Vreeswijk, Jutphaas, IJsselstein en Houten in één stad?
'The Dutch love rule and order' stelde de van oorsprong Hongaarse hoogleraar/planoloog A.K.F. Faludi (1940) eens. Het Nederlandse groeikernenbeleid in de periode 1960-1985 was dan ook een poging de voortschrijdende suburbanisatie in vooral de Randstad in goede banen te leiden. Omstreeks 1960 leefde de verwachting dat de stad Utrecht binnen enkele tientallen jaren uit haar voegen zou barsten. De landelijke Commissie Westen des Lands, verwachtte tot 1980 vanuit de stad Utrecht een overloop van zo'n 30.000 mensen. Dit leidde tot een provinciale commissie: de Commissie Doorslag, die tussen 1961 en 1965 werkte aan het Structuurplan Doorslag. Dat plan zou een beeld schetsen van de toekomstige satellietstad met de werknaam 'Doorslag'. Het moest leiden tot het opgaan van Vreeswijk, Jutphaas, IJsselstein en Houten in één groot, nieuw stedelijk gebied. De Commissie Doorslag ging eind 1964 uit van een grootte van een stad met ongeveer 55.000 inwoners. Pas dán zou het mogelijk worden om ten opzichte van de stad Utrecht een eigen gezicht te krijgen met een veelzijdiger en rijkere samenleving en een groot en gevarieerder stadscentrum. En zo werd gesteld, dat het de hoogste tijd geworden was om de werknaam 'Doorslag' te vervangen door een nieuwe, inspirerender naam.

Werkgroep Nieuwegein
Interne strubbelingen in de commissie leidden in 1965 tot flinke wijzigingen in de samenstel­ling. De Commissie Doorslag-II wilde zich liever niet met haar voorganger identificeren en presenteerde zich als Werk­groep Nieuwegein. Zij produceerde uiteindelijk in juli 1968 het Structuurplan Nieuwegein waarin de stedenbouwkundige ontwikkeling in grote lijnen werd neergelegd; alles in opdracht van de gemeenten Jutphaas en Vrees­wijk.
In Jutphaas keek men de kat nog even uit de boom. Maar in Vreeswijk werd het college van burgemeester en wethouders reeds in 1963 door de gemeenteraad gemachtigd alles te doen om een snelle samenvoeging te bevorderen. Dat deed de raad in het volle besef, dat daarmee een einde zou komen aan de eigen zelfstandigheid.

Samenwerking
Om deze ingrijpende planologische ontwikkelingen beter op elkaar af te stemmen, hielden de colleges van B&W van beide gemeenten gemeenschappelijke vergaderingen tussen half september 1963 en eind april 1971. Van eendrachtige samenwerking op onder meer stedenbouwkundig gebied was echter (nog) geen sprake. Dit bleek bijvoorbeeld uit de bouw van de laagbouwwijk Zandveld te Vreeswijk en de hoogbouwwijk Wijkersloot te Jutphaas.

What is in a name?
Reeds in september 1966 was van hogerhand besloten tot een versnelde samenvoeging van Jutphaas en Vreeswijk. De provincie Utrecht presenteerde de nieuwe naam voor de aanstaande gemeente: het werd 'Nieuwegein'. Was de suggestie wellicht afkomstig van oud-burgemeester van Vreeswijk, Jhr. mr. L.E. de Geer van Oudegein (1907-1985)? Hij was immers tussen 1963 en 1972 lid van Gedeputeerde Staten. Wie zich de bedenker van de naam 'Nieuwegein' mag noemen, is echter niet met 100% zekerheid bekend.

Jutwijk
In de Jutphase gemeenteraad werd de naam Nieuwegein als 'ongelukkig' bestempeld. Suggesties van de gemeenten Vreeswijk (Geindrecht), Jutphaas of van particulieren (bijv. Geinbruggen, Geinersvaart, Geinvoorde, Nieuwersticht, Nieuwstede, Stichterbrug, Wiersbrugge of Wiersevaart) haalden het niet. Ludieke suggesties 'Jutwijk' of 'Vreesphaas' bleven behoren tot het repertoire van lokale komieken.

'vingerstad'
Op 12 juni 1969 gingen beide gemeentebesturen akkoord met de samenvoe­ging. In datzelfde jaar werd bovendien afgezien van de mogelijkheid de gemeenten Houten en IJsselstein erbij te trekken. Daarmee werd de voorkeur gegeven aan het 'vingerstad'-model voor de Utrechtse agglo­meratie: de stad Utrecht als de handpalm en omliggende gemeenten als Nieuwegein, Houten en IJsselstein als de vingers. Eind 1969 werd het definitieve Structuurplan Nieuwegein goedgekeurd door beide gemeenteraden.
De gemeenteraad van Jutphaas kwam voor het laatst bijeen op 17 juni 1971. In een gewone raadsvergadering passeerden nog tal van onderwerpen de revue. Het was geen buitengewo­ne raadsvergadering zoals in Vreeswijk (30 juni), waar de Commissaris der Koningin én de Minister van Binnenlandse Zaken aanwezig waren. Vanaf 1 juli 1971 werden 6.900 inwoners van Jutphaas stadsgenoten van 5.300 Vreeswijkers, onder leiding van één nieuw ge­meen­tebestuur. Nieuwegein was geboren!